Verhalen door Dick Stammes

Deze verhalen zijn medemogelijk gemaakt door Dick Stammes

Wilt u meer weten over Dick Stammes, bezoek zijn website door op de onderstaande link te klikken.

Klik hier.

Zin in het leven. En kijken in de spiegel.

Op een bankje in de Choorstraat nuttig ik mijn lunch.
En nuttigt mijn lunch mij.
Een oude man komt aangelopen met opvallend kwieke tred en heldere ogen. Ik kijk hem aan en zeg: ‘Volgens mij heeft u er zin in vandaag.’
Hij gaat naast me zitten en zegt lachend:
‘Dat klopt. Naarmate ik ouder word, krijg ik steeds meer zin in het leven.’
Ik: ‘Daar hoor ik graag meer over. Vertel!’
Hij: ‘Nou kijk, vroeger dacht ik nog dat als ik iets wilde dat ik dat ook zou doen en kunnen. Het rare is dat terwijl ‘Willen’ in de eerste levenshelft zo belangrijk is, het in de tweede helft steeds meer wegvalt.
Hetzelfde geldt voor keuzes maken. Ook dat is iets voor jongeren. Het is tenslotte noodzakelijk om te leren kiezen binnen de oneindige mogelijkheden die er zijn. Het is belangrijk om Jezelf te leren kennen, voor Jezelf te leren kiezen, en te doen wat belangrijk is voor Jou.
Kortom, er is dan nog sprake, of er lijkt sprake te zijn, van een Ik dat iets wil, kiest, en een doel heeft. En als je dan eenmaal dit belangrijke bewuste Willen, Kiezen en Denken hebt verworven, dan vervliegt dit alles en lost op in de Tijd.’
‘Tot nu toe kon ik u goed volgen, maar dat iets oplost in de Tijd, dat begrijp ik niet.’
‘Weet u, keuzes maken betekent altijd conflict. Als je kiest is er altijd een tegenstelling tussen voor-tegen, ja-nee, zwart-wit, enz.
De overname van ons leven door de Tijd betekent dat we die alleen maar kunnen laten gaan en haar loop volgen. Dit volgen is conflictloos.’ ‘Conflictloos leven. Kan dat?’
‘Ja. Het is het meest natuurlijke wat er is.
Wíj willen en kiezen niet meer, maar datgene wat gebeurt kiest óns. Het gaat hierbij niet om een project van zelfverbetering, maar om iets geheel anders: het totale verlies van het Ik. Het Ik blijkt namelijk niets anders dan een denkbeeld te zijn, drijfzand, en zelfs dát niet.’
‘Besta ik dan niet meer?’
‘Uw zelfbeeld bestaat niet meer. Wanneer we eenmaal zó helder en ontvankelijk zijn om ons te laten meesleuren door het niks, dan smelt het Ik steeds meer weg. Dit is niet iets wat we doen, willen of kiezen, maar wat zich aan ons voltrekt. Vaak aanvankelijk als levenscrisis.
Op het moment dat we dit zien, worden we eerst bang, machteloos en hopeloos, en daarna keuzeloos gewaar. In dit nieuwe gewaarzijn ontstaat de verbinding met al wat leeft en stromen we mee in haar beweging. Door niks te zijn, vallen we samen met die beweging en worden we bevrijd van ons eerder zo zorgvuldig opgebouwde en beperkte Ik.’
‘Toch heeft dat IK mij veel gebracht.’
‘Inderdaad. Deze bevrijding is daarom alleen mogelijk, mits er eerst een sterk Ik is waarvoor hard en zwaar is gevochten. En mits dit Ik eerst iets volkomen unieks heeft gedaan in de buitenwereld, al is het nog zo klein.
Bevrijding heeft tenslotte alleen zin als er eerst een gevangenis is die het Ik belangrijk vindt.’

Dan schiet hij in de lach, neemt afscheid en vervolgt zijn weg.
Even verder draait hij zich nog even om en roept:
‘Niks proberen hoor! Ouder worden doe jij niet, hè, dat gaat vanzelf. Zin óók!’
En voort loopt hij.
Kwiek, schaamteloos en schuldloos.

Schrijver: Dick Stammes

Van wie is jouw lichaam?

Als je besluit om zo goed en gezond mogelijk te leven dan is dat omdat je beseft dat je lichaam niet alleen van jezelf is. Je lichaam behoort ook toe aan je kinderen, je vrienden, de samenleving,
je voorouders en toekomstige generaties.
Dus als je besluit om die twee glazen wijn te laten staan, of in het algemeen gezonder te gaan leven, ook als je levenswijze je tot nu toe geen schade heeft berokkent, dan is dat een diepe dagelijkse oefening waarbij je je ervan bewust bent dat je alles wat je doet ook doet voor vorige, huidige en toekomstige generaties.
Tegenwoordig denkt men dat het lichaam alleen aan henzelf toebehoort en dat men er alles mee kan doen wat men wil. Dit is een uiting van individualisme. En, zoals we inmiddels weten, is individualisme een idee, soms een bruikbaar idee, maar het is geen werkelijkheid.
In feite behoort je lichaam toe aan alles wat leeft. Alles wat leeft zorgt er namelijk voor, en heeft ervoor gezorgd, dat jouw lichaam kan bestaan: de zon, de lucht, de wolken, de Aarde, je ouders, voorouders, enz. Alles wat leeft heeft jou voortgebracht en doet jou leven.

Jij bestaat, omdat al het andere bestaat.

Wanneer je je lichaam gezond probeert te houden dan druk je hiermee je dankbaarheid uit naar alles wat leeft, de hele Aarde en de hele kosmos. Je doet het ook om de komende generaties niet te verraden. En wanneer je tijd is gekomen om te sterven, zeg dan niet dat je lichaam terugkeert naar de Aarde. Je lichaam behoort nu de Aarde al toe. Jij bent in de Aarde en de Aarde is in jou.
Dit maakt het makkelijk om goed voor de Aarde te zorgen. Goed zorgen voor de Aarde is goed zorgen voor jezelf. En goed zorgen voor jezelf is goed zorgen voor de Aarde.
Wanneer je dit dagelijks, van moment tot moment, beoefent, dan breng je jezelf in contact met alles wat en iedereen die leeft. Dan weet je dat je nooit alleen bent.
En dan weet je dat het idee van doodgaan slechts bestaat doordat mensen dénken dat hun lichaam hun eigen bezit is.

Schrijver: Dick Stammes

Is de verkiezingsuitslag een ramp of een zegen? Of iets anders?

In een dorpje op het Chinese platteland leefde een boer met zijn zoon. Naast hun hut en het land was hun enige bezit van enige waarde het paard. Zo konden ze het land bewerken en in alle bescheidenheid rondkomen.
Op een dag brak het paard door de omheining en rende weg.
Die avond kwamen de dorpelingen bij de Chinese boer op bezoek om hun medelijden te betuigen.
“Wat vreselijk!” zeiden ze.
“Hoe moet het nu met het land?
Je paard verloren, wat een ongeluk!”
Maar de boer glimlachte rustig en zei:
“Geluk of ongeluk?
Wie zal het zeggen?
Het enige dat ik weet, is dat het paard is weggelopen.”
De dag daarna gingen de boer en zijn zoon weer aan het werk op het land en voor enige tijd maakten ze er het beste van. Tot op een dag het paard weer kwam aangelopen. En in zijn kielzog nam hij een kudde van tien wilde paarden mee!
Die avond kwamen de dorpelingen weer bijeen om hun gelukwensen te geven:
“Wat een geluk!
Wat geweldig!
Je bezit zo maar vertienvoudigd!”
Maar de boer glimlachte rustig en zei:
“Geluk of ongeluk?
Wie zal het zeggen?
Het enige dat ik weet, is dat mijn paard weer terug is en dat er tien andere paarden bij zijn.”
De volgende dag wilde de zoon proberen of hij de paarden kon temmen en klom op de rug van een wild paard. Deze was hier echter niet van gediend en bokte net zolang totdat de zoon met een flinke smak op de grond belandde en beide benen brak.
Die avond stonden de dorpelingen weer op de stoep:
“Wat vreselijk!
Je zoon! Beide benen gebroken!
Wat een ongeluk!
Hoe moet dat nu?”
Maar de boer glimlachte rustig en zei:
“Geluk of ongeluk?
Wie zal het zeggen?
Het enige dat ik weet, is mijn zoon zijn beide benen gebroken heeft.”
De volgende dag kwam er bericht dat er een oorlog was uitgebroken en dat alle jongemannen die daartoe in staat waren zich onmiddellijk moesten melden om een leger te vormen.
En de boer glimlachte rustig en dacht ….

Schrijver: Dick Stammes

Terwijl de wereld brandt

Terwijl de wereld brandt.
Zie ik dit gebeuren.

Na een stadswandeling smaken Koffie en Krant bij Kobus Kuch erg lekker. Een tafel verder zit een bejaard echtpaar bij het raam te rimpelen. De oude vrouw reikt over tafel naar de hand van haar nóg oudere man. Ze kijkt hem aan en zegt: ‘Schat, ik ga even naar het toilet.’
Hij pakt haar hand met zijn beide handen, streelt haar, en antwoordt: ‘Dat is goed, lieve schat, ik wacht hier op je.’
Ze staat millimeter voor millimeter op, geeft haar man een kus en zegt: ‘Ik ben zo terug.’
Terwijl de vrouw voetje voor voetje wegloopt naar de andere kant van het café kijkt hij haar na.
Als ze het toilet binnenstapt mompelt hij in zichzelf: ‘Dag, lieve schat, tot straks.’
Hij staart enige minuten stil voor zich uit.
Bij haar terugkomst begint hij weer te stralen en vraagt: ‘Wil je nog koffie, schat?’
Ze antwoordt: ‘Nee, dank je, lieverd, anders moet ik straks wéér dat hele eind lopen.’
Ze stappen op, rekenen af en lopen de deur uit.
Buiten pakt hij haar arm, kust haar, en zo lopen ze voetje voor voetje, armpje in armpje, stokoudend en stokhoudend naar huis.

Dit gebeurt.
Op een doodgewone dag.
In een doodgewoon café.
In een doodgewone stad.

Terwijl de wereld straalt.

Schrijver: Dick Stammes

Vrede. Nu. En rechtvaardigheid.

Als we huizen geven aan de daklozen zijn er geen daklozen meer.
Als de rijken rechtvaardig aan de armen geven, is er geen armoede meer.
Of zullen we geld afschaffen?
En hebzucht en machtswellust?
Als we wereldwijd de fabricage van wapens verbieden, is er geen oorlog meer.
Als twee broers met elkaar vechten, zijn vader en moeder nodig om ze uit elkaar te halen en te zeggen dat ze zich beter moeten gedragen.
Wie zijn de vader en moeder van de wereld?
De vader en moeder van de 193 kinderen/landen ter wereld?
Dit zouden de Verenigde Naties moeten zijn. Met vaders en moeders als Rusland, VS, China, EU. Laten dit nou net de ouders zijn die bovenstaande maatregelen juist NIET uitvoeren.

Zal ik het zelf dan maar doen?

Dus dat ik vandaag nog naar Tel Aviv en Gaza afreis met mijn witte zakdoek, daar de vliegtuigtrap afdaal, en begin te zwaaien en roepen van: ‘Vrede! Nu!’
‘En wie bent u dan wel?’
Zullen ze daar vragen.
‘Nou, ik ben Dick Stammes en de mensen in Delft en Nieuwe Niedorp zijn het allemaal met me eens dat jullie meteen moeten stoppen met vechten, met elkaar moeten gaan praten, en vandaag vrede sluiten. En verder niet zo zeuren over dit is wél mijn land en dat is niet jouw land. We zijn allemaal mensen en ieder mens heeft recht om op deze planeet te wonen waar hij wil, want deze planeet is van ons allemaal.
Dit kan heel eenvoudig als we allemaal gewoon lief zijn voor elkaar,
elkaar helpen
en elkaar proberen te begrijpen.
Ieder mens heeft het tenslotte al moeilijk genoeg met zichzelf, dus dat hoeft niet nóg moeilijker gemaakt te worden door jullie.
Is dat nou zo ingewikkeld?
Nee toch?
Beetje volwassenheid en verantwoordelijkheid mogen de mensen in Delft en Nieuwe Niedorp nou toch wel eens van jullie verwachten, hè?
Hoe oud zijn jullie nou?
6000 jaar? Oh ja?
Is dat volwassen of niet?
Hopsakee, vooruit met de geit dan!’
Hierop zullen ze zeggen:
‘Ja, die mensen in Delft en Nieuwe Niedorp en deze meneer hebben eigenlijk wel gelijk. Laten we dat maar doen. Veel beter voor ons allemaal. Bedankt, lieve mensen en meneer!’

Aldus geschiedde.

Dus als je morgen alle mensen in Tel Aviv en Gaza op straat ziet dansen en lachen en elkaar omhelzen, dan weet je hoe het komt. Door jullie! Bedankt!

Nou, ik ga weer verder.
Naar Kyiv.
Ook twee broertjes die het met elkaar aan de stok hebben daar.
Drukke dag vandaag met al die stokoude familieruzies.
Komt goed.

Doei, lieve mensen!

Shalom. Sala’am. Mir. Myr. ❤️🙏

Toen werd ik wakker.
En dacht: Eigenlijk is het allemaal zo eenvoudig.
Zo eenvoudig als in mijn mooiste droom.
Eigenlijk wel, hè.

Ruzie is zooo ouderwets.
En familieruzie zo hopeloos achterhaald.

Schrijver: Dick Stammes

De blinde jongen

Zittend op het oude bankje in het zachte gras
had ik het de blinde jongen beloofd.
Ik zou hem alles vertellen.
Dus wachtte hij toen ik vertrok.

Jarenlang zwierf ik door de wereld.
Zag, voelde,
sprak, luisterde,
stierf zeven keer, liep door, werd herboren,
zat gevangen, werd bevrijd,
verdwaalde, vond nieuwe paden.

Werd stiller.
Stil.
Zweeg.

Zo keerde ik terug naar de plek
die ik nooit had verlaten
waar de blinde jongen zat
die mijn hand vastgreep
die hij nooit had losgelaten.

Hij zei me:
‘Je bent teruggekomen.’
Ik zei hem:
‘Ja, dat had ik je beloofd.’
Hij zei me:
‘Je zou me alles vertellen.’
Ik zei hem:
‘Ja, ik zou je alles vertellen.’

Hij vroeg me:
‘Hoe ziet de zon eruit? ‘
En ik beschreef de zon voor hem.

Hij vroeg me:
‘Hoe ziet de zee eruit?’
En ik beschreef de zee voor hem.

Hij vroeg me:
‘Hoe zien de bergen eruit?’
En ik beschreef de bergen voor hem.

Hij vroeg me:
‘Hoe zien de oerwouden eruit?’
En ik beschreef de oerwouden voor hem.

Toen haalde hij diep adem
pakte mijn beide handen teder in de zijne
en vroeg me:
‘Hoe ziet de wereld eruit?’
En terwijl ik stil huilde,
vond ik voor hem een wereld uit.

Alleen voor hem.

Schrijver: Dick Stammes

Lieven

We hebben weinig tijd om te lieven.
Een dag
een week
misschien tachtig jaar.

Maar ook dat is kort om te lieven.
Het licht blijft niet eeuwig aan voor de mens
die schelden en schieten tot haar kleding heeft gemaakt.

Wanneer moment na moment voorbij gaat
alsof het altijd wil blijven
maar niet kan,
is er altijd het lieven
dat niet anders kan dan lieven.

Tel na tel
tussen elke tel
dichterbij dan elke tel.

Wanneer we onze vijand verzinnen, vergeten wij te lieven
terwijl lieven altijd is, wacht tot zij geliefd is
en omarmd wordt door ons.

Het licht blijft niet eeuwig aan voor de mens
die schelden en schieten tot haar kleding heeft gemaakt.

Blinden schieten, wanneer we niet zien dat wij liefde zijn.
Zieners lieven, wanneer we zien dat wij liefde zijn.

Er is maar één weg.
De zee, de moordende zee van bloed, oversteken.
Waar wij verdrinken.
Verdrinken en bovenkomen
om te zien dat ons land al hier is
en hier altijd is geweest.

Het is in ons land waar geen kleding bestaat
waar wij naakt aan elkaar verschijnen
waar lieven het enige is dat we doen
waar liefde het enige is dat we zijn.

En waar iedere kogel omgesmolten wordt tot de bloementuin
die altijd bloeit
nooit vergaat
en tijdloos lieft.

Schrijver: Dick Stammes

Discriminatie, racisme, oorlog. En het hart van vredig en verbonden samenleven.

DE PROFESSOR:
De mens heeft van alle levende wezens het hoogste bewustzijn.
Een elektron is bijvoorbeeld niet in staat een symfonie te componeren. We zien dus dat een elektron een lager bewustzijn heeft dan de mens. Hetzelfde geldt voor planten en dieren. Er bestaat een hiërarchie van bewustzijnen, van hoog tot laag, en de mens staat aan de top daarvan.

DE BOEDDHIST:
Deze woorden zijn een duidelijk voorbeeld van een discriminerende geest en komen voort uit een meerderwaardigheidscomplex, wat hetzelfde is als een minderwaardigheidscomplex of gelijkwaardigheidscomplex.
Ik ben niet heel trots op dit complex waar wij mensen onder lijden en waar alle discriminatie uit voortkomt.
Laten we nauwkeurig naar de feiten kijken.
Ieder mens bestaat uit niet-mens elementen, zoals elektronen, mineralen, planten, dieren. In ons zijn al deze niet-mens elementen werkzaam en zonder deze niet-mens elementen zouden wij geen mens zijn.
Als we iets denken, een gedachte produceren, dan is er niet een ik die deze gedachte produceert, maar alle elektronen, mineralen, planten en dieren in ons helpen mee om deze gedachte voort te brengen.
Maar ook onze voorouders zijn op dit moment, en altijd, werkzaam in ons en maken ons tot wie we zijn, wat we denken en wat we doen.

Dit is geen theorie, maar werkelijke dagelijkse praktijk.

Tevens is het zo dat als ik kijk, het niet alleen de ogen zijn die iets zien. Alle niet-oog elementen en alle voorouders in ons werken samen om dit zien mogelijk te maken. Wij kijken met alles en niet alleen met de ogen. De ogen werken samen met alles wat niet-oog is.

Hoe zou je kunnen kijken zonder je hart, je adem of de aarde?

Alle mensen zijn een deel van Moeder Aarde. Dus ook Moeder Aarde helpt ons om een gedachte te produceren. Dit geldt ook voor de zon, want zonder de zon kan de aarde niet leven. Zowel de aarde als de zon zitten in ons en helpen ons om te denken, te handelen en te bestaan.

Alles wat niet-ik is, maakt mij tot mijzelf.

Dus ook jij, en alles wat bestaat, helpt mij om mij tot mijzelf te maken. En andersom.
Dit geldt ook voor het heden, verleden en de toekomst. Het heden staat niet los van het verleden en de toekomst. Zij helpen elkaar en vormen elkaar. Dus als ik in staat ben om dit moment volledig aan te raken dan help ik het verleden te helen en de toekomst te verbeteren.
Als ik in werkelijk contact sta met het heden, dan ben ik niet alleen in contact met het verleden en de toekomst, maar eveneens met de eeuwigheid.

Dit moment is diep verbonden met de eeuwigheid.

Het is niet zo dat de eeuwigheid beter of slechter is dan dit moment, of dat de ene mens beter is dan de andere, of dat een mens beter is dan een dier, plant of mineraal. Alles wat niet-ik is bestaat in ons, werkt met ons samen, en maakt ons tot wie we zijn. Er bestaat dus geen afgescheiden ik, geen op zichzelf bestaand individu dat los staat van álles wat bestaat, heeft bestaan en zal bestaan.

En dit alles, mensen, zonnen, dieren, bomen, voorouders, elektronen, de aarde, jij, ik, de tijd, dit alles ligt in het hart van bewustzijn.

Schrijver: Dick Stammes

Krantenkoppen

Ik loop de supermarkt uit langs een rek met de beroemdste enorme kwaliteitskranten die Nederland oh zo rijk is: AD, Telegraaf, Trouw, Volkskrant.
Ik scan de grote, zwarte, om aandacht schreeuwende koppen:

– Storm houdt huis in Libië.
– Teveel schadelijke stoffen in rivieren.
– Marokkanen treuren om hun dierbaren.
– Werk onveilig.
– Wantrouwen ouders slaat over op het kind.
– Liberaal Israël onder druk.
– Deskundige verwacht muggenplaag na natte en warme zomer.
– Dierenpartij slangenkuil.

Dan zie ik mijn eigen krant liggen met de koppen in diverse kleuren:

– Ouders laten hun dochter voor het eerst alleen naar de nieuwe school fietsen en alles gaat goed.
– In een flatgebouw worden in alle woningen nieuwe leidingen en radiatoren aangelegd, de monteurs doen hun werk goed en ze liggen precies op schema.
– Docent Frans geeft een boeiende les aan 4-Havo.
– Tijdens het winkelen zijn alle klanten en personeel kalm en vriendelijk naar elkaar.
– Tram 1 rijdt ook vandaag weer exact volgens de dienstregeling.
– Bij een vrouw is de kies succesvol en pijnloos gevuld.
– Dick Stammes voert enkele goede coachingsgesprekken met zijn cliënten.
– Het weer is aangenaam.

Ik koop mijn eigen krant en blij, tevreden en glimlachend over deze mooie wereld loop ik naar mijn fiets die ook vandaag weer uitstekend functioneert en mij lekkebandenloos en zwierend naar mijn thuis rijdt waar ik teder word omarmd door de lieve liefde die mij nooit verlaat.

Schrijver: Dick Stammes

Boodschappen doen

Het is begin van de middag. 13.00 uur.
De zon staat hoog in het zenit.
Beboodschapt loop ik uit de Spar naar mijn fiets. Terwijl ik hem van het slot haal, komen een jongevrouw en jongeman vlak voor mij hun fiets parkeren.
Eerste schatting : 27 jaar.
Eerste blik : knappe, sexy, levendige mensen.
Eerste gevoel : vlammende erotiek.
Eerste gedachte : Ze komen net uit bed, ze doen snel een boodschap, en gaan direct hierna thuis weer tussen de lakens.
Alles in hen, aan hen, tussen hen en om hen heen straalt zinderende hitte uit: kleding, lichamen, blikken, lippen, tongen, huid, haar, houding, gebaren.
Tezelfdertijd zijn ze ook bezig noodzakelijke handelingen te verrichten met de sleutel van het fietsslot, de boodschappentas, het boodschappenlijstje, de portemonnee, enz. Sleutel, tas, lijstje, bankpas en praktische woorden gaan van strelende hand tot vochtige mond en ondertussen eist hun warme sensualiteit al die tijd onbetwist de hoofdrol op.
Terwijl ik dit energierijke schouwspel mild aanschouw, zeg ik zo neutraal en objectief mogelijk :
‘Jullie hebben een goede samenwerking met elkaar, zie ik’
Ze schieten in de glimlach.
De jongeman knipoogt:
‘Jazeker, en dat al op de vroege ochtend.’
Waarna de jongevrouw stralend toevoegt:
‘En niet alleen bij de boodschappen hoor!’

Volgende maand word ik 67 jaar.
Hoe heerlijk is deze leeftijd!
Zoveel herinneringen!

En al die tijd staat de zon hoog in het zenit.

Schrijver: Dick Stammes

Het bord

Fietsend door het kalme Buitenhof van de Chopinlaan richting Kerkpolderpad, zie ik dat daar een tijdelijke versmalling van het fietspad is door werkzaamheden. Tevens zie ik een geel bord met zwarte letters :

FIETSERS AFSTAPPEN

Voor mij, precies bij het bord, stapt een vrouw af en loopt verder met de fiets aan haar hand.
Ik schat in dat er voldoende ruimte naast haar is om haar in te halen, dus fiets ik haar traag en voorzichtig voorbij. Plotseling klinkt haar boze stem achter mij:
‘Heee! Er staat daar een bord!’
Ik stop, draai me naar haar toe, en zeg:
‘Inderdaad, daar staat een bord.’

Stilte.

‘Nou dan!’
‘Nou dan?’
‘Jaa!’
‘Jaa?’
‘Dus dan moet je afstappen!’
‘Waarom?’
‘Dat staat op dat bord!’
‘Dat ben ik met u eens. Dat staat op dat bord.’
‘Nou, doe dat dan!’
‘Waarom?’
‘Dat staat op dat bord, zeg ik toch!’
‘Ja, hierover zijn we het eens. Dat staat op dat bord.’

Ze kijkt me enigszins verbijsterd aan.
Dan herpakt ze zich.

‘U bent gek.’
‘Waar staat dat? Ook op dat bord?’
Ze schiet in de lach en zegt:
‘Ja, dat staat op dat bord.’
Ze denkt even na en roept dan:
‘En op alle borden!’
‘Overal?’
‘Jaa, overal, gekkie.’
‘Ooh, dan zal het wel waar zijn, hè?’
‘Zeker weten!’ roept ze blij.
‘We zijn het alwéér eens! ‘ zeg ik enthousiast.
En lachend zwaaien we elkaar ten afscheid.
De lieve Wandelaarster en de gevaarlijke Gek.

Schrijver: Dick Stammes

De Universele Delftse Troonrede

DELFT – , LAND – EN WERELDGENOTEN
Het diepste verlangen van ieder mens is om samen te leven in een wereld waarin alle mensen de hoogste menselijke waarden iedere tel volledig tot hun recht laten komen.
Deze hoogste menselijke waarden zijn:

1. Liefde
2. Geluk
3. Vrede
4. Vrijheid
5. Verantwoordelijkheid
6. Compassie
7. Schoonheid
8. Humor.

Deze waarden gelden voor ons allen en op deze hoogste waarden dient onze maatschappij en ons gedrag dan ook gegrondvest te zijn. Aangezien vrijwel ieder mens bang is om deze hoge levenskwaliteiten te ontwikkelen zullen we elkaar terzijde staan om eigenschappen als moed, kracht, verwondering, openheid, vertrouwen en kwetsbaarheid aan te boren.
We gaan deze kwaliteiten en eigenschappen leren en integreren in ons dagelijks leven en in de samenleving. De overheid, scholen, bedrijven, stichtingen, gevangenissen en gezinnen gaan daarom een beleid voeren van bewustzijnsontwikkeling.
Dit nieuwe beleid van bewustzijnsontwikkeling heeft vier peilers.

1. Leven in aandacht
2. Emotionele Ontwikkeling
3. Rationeel en logisch denken, spreken, discussiëren.
4. De kunst van het écht contact maken en vaardig samenleven

TEN EERSTE:
We gaan het vak ‘Leven in Aandacht’ geven.
We gaan deze vaardigheid volledig integreren in onszelf en in de samenleving en hierbij een levenshouding van oordeelloze aandacht aannemen.
We gaan aandacht schenken aan onze binnenwereld van gevoel, emoties, gedachten en intuïtie. Tegelijkertijd leren we aandacht te geven aan de buitenwereld van gedrag, relaties, vrienden, collega’s, anderen en aan onze omgang met de wereld en de natuur.
Alles wat de juiste aandacht krijgt groeit, dus door middel van deze aandachtsontwikkeling zullen we ons bewust worden van de zaadjes van liefde, geluk, vrede, vrijheid, verantwoordelijkheid, compassie, schoonheid en humor die altijd al in ons aanwezig zijn. Zo kunnen we deze kwaliteiten laten groeien, zodat we dit groeiende bewustzijn effectief leren toepassen in de wereld.

TEN TWEEDE:
Het andere vak dat we gaan invoeren en integreren in onze levens is: ‘Emotionele Ontwikkeling’.
Mensen gaan leren voelen, deze gevoelens leren herkennen en open communiceren.
Aangezien we tot nu toe in onze opvoeding en op school nauwelijks iets geleerd hebben over onze eigen emotionele ontwikkeling, leven velen van ons in een permanente staat van innerlijke angst, spanning, zorgen en oorlog met zichzelf en beschouwen dit als volkomen normaal of ontkennen dit.
Deze pijnlijke, eenzame last is echter ondraaglijk voor een mens vandaar dat velen hun angst, woede en oorlog naar buiten gooien en richten op anderen of zich verdoven met alcohol, sigaretten, drugs, glimlachen, harmonieus en bescheiden doen, of andere bange verslavingen.
Zo ontstaan de haat, conflicten, oorlogen én de bange vlucht voor écht contact in de buitenwereld. Niet alleen in het groot tussen landen, maar ook in politieke debatten, in families, tussen vrienden, naar buren, op straat en op de sociale media.
Vandaar dat vanaf vandaag kinderen en volwassenen hun emotionele wereld gaan leren verkennen en open bespreekbaar maken met anderen op een veilige manier. Hierdoor zullen we er op een intelligente wijze mee leren omgaan, zodat we niet meer de behoefte voelen onze emoties in de buitenwereld te projecteren op anderen of deze emoties te ontkennen, ons er voor te verschuilen en onszelf bang terug te trekken.
Ons bewustzijn en ons vermogen om al onze emoties te erkennen en doorvoelen is een belangrijke voorwaarde om vredig en gelukkig samen te leven.

TEN DERDE:
We gaan het vak geven van: ‘Rationeel en logisch denken, spreken en discussiëren’.
Vandaag de dag zien we nog weinig mensen rationeel en intelligent met elkaar discussiëren.
Een normaal meningsverschil ontaardt tegenwoordig al snel in opgewonden gescheld en modder gooien. Het doel van de discussie is dan vooral om de ander als persoon te kwetsen en belachelijk of verdacht te maken.
Deze wijze van discussiëren is gewelddadig en dit geweld komt voort uit een onverwerkt verleden, een tekort aan inzicht in de eigen innerlijke wereld, en een gebrek aan vaardigheden om goed en helder te denken, luisteren, spreken en handelen.
Kinderen en volwassenen gaan daarom leren dat een verschil van mening een doodnormale, democratische en goede zaak is die de mogelijkheid schept om van elkaar en van onszelf te leren en creatief te denken in plaats van de ander uit te schelden of direct op zijn bek te staan
We gaan meningsverschillen leren hanteren als een vrije gedachtewisseling waarbij de ene partij de andere op heldere en rationele wijze probeert te overtuigen van de juistheid van zijn mening en waarbij de ander in aandacht luistert.
En vice versa.

TEN VIERDE:
We gaan eveneens het volgende vak invoeren:
‘De kunst van het écht contact maken en vaardig samenleven’.
Kinderen, volwassenen, leraren, gevangenen, politici, directeuren, bouwvakkers, hulpverleners, kortom, iedereen, gaat leren om écht contact te maken. Hierbij leren we tevens alle vermijdingstruukjes te herkennen die we gebruiken om maar niet werkelijk met elkaar in contact te komen en doorgaan elkaar te beschadigen en te isoleren.
Op het moment dat we écht contact maken met de ander stopt de beschadiging, begint de genezing en ontstaat de verbinding.

Tot zover de vier peilers van bewustzijnsontwikkeling.
Wat betekent dit voor Delft?

Een mens, een politicus, een bestuurder die zichzelf kent,
die weet wat de juiste aandacht is en deze gebruikt,
die zijn innerlijke emotionele wereld open durft te voelen en bespreken,
die rationeel en logisch kan denken en spreken,
die in volle aandacht diepgaand kan luisteren en begrijpen,
die weet wat liefde is,
die gelukkig is,
die vrij en verantwoordelijk is,
die medegevoel heeft voor een ander,
die innerlijk vredig is,
die de schoonheid van de mens en de wereld ziet,
deze mens, ja,
die lost het Delftse fietsenparkeerprobleem op,
die lost het overtoerisme op,
die neemt zijn verantwoordelijkheid en zorgt tijdig voor voldoende betaalbare woonruimte voor studenten,
die zorgt snel voor een goede balans tussen muzikale festiviteiten en stille periodes in de stad.
Kortom, deze mens lost ieder probleem vredig en effectief op in goede, open democratische samenspraak en samenluister.
De werkgroep Prinsenhofgebied heeft al eerder laten zien dat dit niet alleen mogelijk is, maar dat dit reeds daadwerkelijk gebeurt in Delft.

Lieve Delftenaren, landgenoten en burgers der wereld,
ik wens ons allen een mooie wereld met veel liefde en geluk in het vredig, vrij en verantwoordelijk samenleven met oog en gevoel voor jezelf en voor elkaar.
Enne …
vergeet de humor niet in ons schone stadje, landje, wereldje en heelalletje!
Dit geschetste ideaalbeeld gaan wij namelijk ongetwijfeld alleen verwerven met horten en stoten, met vallen en opstaan, en met lukken en mislukken, waarbij we deze gang van zaken, onszelf en de ander met milde humor kunnen benaderen.
En met de slappe lach.
Want onszelf serieus nemen is wel het laatste waar we op zitten te wachten. 😍

Universele Delftse Troonrede
Prinsjesdag 2023
Dick Stammes

Schrijver: Dick Stammes

De naakte waarheid

Op een dag ontmoetten de Waarheid en de Leugen elkaar.
De Leugen zei tegen de Waarheid: “Het is een prachtige dag vandaag!”
De Waarheid keek omhoog naar de hemel en zuchtte, want de dag was werkelijk prachtig.
Ze brachten veel tijd samen door die dag. Uiteindelijk kwamen ze bij een waterput. De Leugen nodigde de Waarheid uit.
“Kom, het water is erg lekker, laten we samen een bad nemen!”
De Waarheid vertrouwde het niet helemaal, testte het water en ontdekte dat het inderdaad heel lekker was. Ze ontdeden zich van hun kledij en begonnen zich te baden.
Plots vloog de Leugen uit het water, trok de kleren van de Waarheid aan en rende weg.
De woedende Waarheid kwam uit de put en holde overal heen om de Leugen te vinden om haar kleren terug te halen. De mensen, die de Waarheid naakt zagen, wendden hun blik af, met schaamte, minachting en woede.
De arme Waarheid keerde terug naar de put, verstopte zich erin en verdween voor altijd. Zich schamend voor haar onbedekte naaktheid.
Sindsdien reist de Leugen de wereld rond, verkleed als de Waarheid.
Weinigen valt het op, aangezien de meesten onder ons geen enkele wens hebben om de naakte Waarheid te ontmoeten.

Schrijver: Dick Stammes

Verwarring

In het gebruik van de vrijheid van meningsuiting is enige verwarring geslopen.
We dienen twee zaken helder te onderscheiden.
1.
Het openbare debat.
Deze ruimte is bedoeld om op basis van rationele argumenten de persoon met een andere mening te overtuigen van jouw betere argumentatie.
Hiervoor zijn een paar voorwaarden belangrijk:
– diep luisteren
– goed nadenken
– helder redeneren en argumenteren
– inlevingsvermogen
– respectvol spreken
– het bijstellen van je eigen mening bij voortschrijdend inzicht.

Het algemene uitgangspunt hiervoor is :

* Hard op de inhoud.
* Zacht voor de persoon.

Het debat moet aan beide kanten tot dieper en scherper inzicht leiden.
De beide partijen staan dus zowel tegenover elkaar als helpen elkaar, aangezien men hetzelfde gemeenschappelijke doel heeft : meer feitenkennis, dieper inzicht, beter resultaat.
De aan de buitenkant zichtbare meningenstrijd is daarom op dieper niveau een samenwerking om elkaar te helpen een hoger doel te bereiken of tot een zo goed mogelijk resultaat te komen dat de maatschappij ten goede komt.
Samenwerking is dus het wezenlijke in het publieke debat.
Samenwerking op het scherpst van de snede en in het uitdagen van elkaar, hetgeen in wezen het uitdagen van jezelf is met de bedoeling het beste in jezelf naar boven te halen in dit debat.
Wat aan de oppervlakte concurrentie lijkt is in feite een samenwerkende strijd om de kwaliteit van jezelf, de ander en de wereld te vergroten.

2.
De behandelkamer van de therapeut.
Deze ruimte is o.a. bedoeld om periodiek terugkerende traumatische stoornissen te behandelen.
Hier kunnen agressieve uitbarstingen (die veelal stammen uit de kindertijd en geprojecteerd worden op het heden) van onverwerkte woede en haat worden behandeld, zoals daar zijn:
‘vuile kutnegers’, ‘teringmoslims’, ‘minder, minder, minder’, ‘iedere vluchteling is een terrorist’, ‘rot op naar je eigen land’, ‘alle joden aan het gas’, ‘je moeder is een hoer’, ‘er komen tribunalen’, ‘Delft voor de Delftenaren’, ‘Kaag is een heks’, ‘Timmermans is een vuile hielenlikker’, ‘Rutte moet dood’.

In Nederland zijn we inmiddels zo ver dat de gemiddelde Hollander geen onderscheid meer ziet tussen 1 en 2.
Het leek me daarom handig hier enige duidelijkheid in te scheppen.

Op de markt

Vanuit de Jacob Gerritstraat komen ze luid aangejoeld op het marktplein : een groep jongens van 12 jaar met hesjes aan.
Ze fladderen grillig als één wild, ongeleid, ongeremd, luidruchtig projectiel naar het terras waar een aantal sportieve scoutingleiders hoopte kalm hun koffie te drinken.
Één roept streng :
‘Jongens, doe rustig, er zitten meer mensen hier!’

Gedwee zwijgen ze beteuterd.
Allen blijven stilstaan precies op de grens van het terras.

Een jongen met een doosje met strik erom in zijn handen stapt moedig naar voren en roept :
‘Maar John, we hebben net gebakjes gekocht!
Voor je verjaardag.
Die willen we je als cadeau geven.
Het is van ons allemaal.’

Het strenge gezicht van leider John smelt om tot een glimlach, hij staat op en loopt naar ze toe.
Op het moment dat hij het doosje gebakjes in ontvangst neemt en de jongens dankbaar de handen schudt, wordt zijn glimlach stralender. En iedere jongen begint, nadat John ook diens hand heeft geschud, net zo stralend mee te glimlachen. Tot ze met elkaar één stralend organisme zijn geworden.

Dan lopen ze weg.

En terwijl ze af en toe nog even nieuwsgierig omkijken naar hun leiders nemen ze halverwege de markt weer hun natuurlijke vorm aan van het wilde, ongeleide, ongeremde, luidruchtige, grillige projectiel dat ze zijn.
Als John niet in hun buurt is.

Schrijver: Dick Stammes

Ik vond

Te midden van de haat,
vond ik in mij
een onoverwinnelijke liefde.

Te midden van de tranen
vond ik in mij
een onoverwinnelijke glimlach.

Te midden van de chaos
vond ik in mij
een onoverwinnelijke kalmte.

Ik besefte door alles heen dat er,

Te midden van de winter
een onoverwinnelijke zomer was.

En dit maakt me gelukkig.

Albert Camus
Vertaald door Dick Stammes

______________________________

Au milieu de la haine,
J’ai trouvé qu’il y avait en moi
un amour invincible.

Au milieu des larmes,
j’ai trouvé qu’il y avait en moi
un sourire invincible.

Au milieu du chaos,
j’ai trouvé qu’il y avait en moi
un calme invincible.

J’ai réalisé à travers tout cela que,

Au milieu de l’hiver,
il y avait en moi un été invincible,

et cela me rend heureux.

Albert Camus

Schrijver: Dick Stammes

De wolf, Poetin, Caroline. En de geldwolven.

Toen ik vorig jaar de Russische tanks van Poetin de Oekraïne in zag rijden, kreeg ik hetzelfde gevoel als toen ik Caroline van der Plas uit haar grote tractor zag stappen op het Binnenhof en toen ik mensen bang zag worden van een wolf.

19e eeuw.
Achterhaald.
Ouderwets.
Angst.

Vind jij een wolf ook zo levensgevaarlijk?
Bijtend? Aanvallend? Moordend?
Roodkapje? Grootmoeder in bed?
Beeldvorming?

Even wat feiten op een rijtje.

Wereldwijd sterven jaarlijks
725 duizend mensen door muskieten.
25 duizend door hondenbeten.
500 door nijlpaarden.
10 door de wolf.

Wereldwijd…

Maar!
zul je zeggen,
de wolf maakt in Nederland toch honderden prooien onder de landbouwhuisdieren van schapen en geiten?

Dat klopt.

Alleen geldt in vrijwel alle gevallen dat het hier gaat om dieren die van de boer niet de wettelijke bescherming kregen waarop ze recht hebben : een deugdelijk wolfwerend hek.
Het echte grote gevaar voor de volksgezondheid is niet de wolf, maar de massaliteit van de schapen – en geitenhouderij.
Volgens het CBS sterven jaarlijks 223 duizend (!) schapen en geiten onbedoeld op de boerderij.
In slachthuizen sterven jaarlijks 685 duizend (!) schapen en geiten, niet zelden onverdoofd.
Tijdens de Q-koorts epidemie, die verspreid werd vanuit de schapen – en geitenhouderij, werden vele tienduizenden mensen besmet en overleden inmiddels 107 mensen als gevolg van chronische klachten.
Het deskundigenberaad Zoonosen waarschuwde het kabinet onlangs voor de enorme pandemische gevaren van het vogelgriepvirus vanuit bedrijven die massaal gezamenlijk varkens en kippen houden.
Het hepatitis E-virus waart rond in 90 procent van de varkensstallen.
78 procent van de leverworsten en 80 procent van de leverpaté is besmet met het virus.
We zien dus de grote gevaren van de veehouderij voor de samenleving.
Een gevaar veel groter dan corona ooit is geweest.

Eet jij nog steeds vlees?
Lekker?
Gezond?

Het vermeende gevaar dat de wolf zou kunnen opleveren voor mensen valt in het niet bij de gevaren die mensen over zichzelf afroepen.
Het werkelijke probleem is de geldwolf. De melkkoe, het spaarvarken en de kip met de gouden eieren.

Geld.
Begeerte.
Overlevingsdrang.
Angst.

We kunnen niet blijven doen alsof 650 miljoen slachtdieren per jaar geen probleem vormen en 20 wolven wel. Het is de mens die levensgevaarlijk is.
De wolf gaat die mens daarom instinctmatig uit de weg, behalve wanneer die door de mens in het nauw wordt gedreven.
Dit laatste was namelijk het geval toen afgelopen week een wolf in het nauw werd gedreven door een hobbydierhouder met schep en hooivork wat duidelijk in strijd was met alle adviezen om de wolf de ruimte te bieden om te vluchten.

Ook hier was de mens het probleem.

Als we stoppen met het indruisen tegen de natuur en in het wild levende dieren leren respecteren en waarderen, hebben we niets te vrezen.

Een ander groot mensengevaar dat ons momenteel bedreigt is dat bange politici denken en handelen vanuit hun niet erkende angst en hiermee samenlevingen verwoesten.
Deze Levensangst uit zich in Russische tanks en Nederlandse tractoren met hierop boos geschreeuw van mensen die ontkennen dat ze te bang zijn om in de moderne tijd van verandering en verzoening te leven.
We verkeren vandaag midden in de strijd tussen het oude tijdperk in zijn laatste fase en het nieuwe tijdperk dat wijst naar de toekomst.
In deze strijd komen leiders, politici en hun door angst besmette volgelingen bovendrijven die nog leven in de oude, verdwijnende tijd waardoor ze zich in het nauw gedreven voelen.
In het nauw, als een bange geldwolf die belaagd wordt door zijn eigen waanbeelden uit vervlogen tijden.

Deze angst dient erkend te worden.
En geheeld.
Opdat terroristische tractoren, besmette veehouderijen, dodelijke tanks en egoïstische geldwolven mogen zwijgen en de nieuwe tijd van hoger bewustzijn, vrede en verzoening omarmd kan worden.

Psychotherapeuten, helers en wijzen aller landen, verenigt u!

Schrijver: Dick Stammes

ZIJN ONZE KETENEN VERBROKEN?
Keti Koti, racisme, discriminatie.

Blanke Nederlanders van het platteland die niet dagelijks omgaan met gekleurde mensen discrimineren er flink en luidruchtig op los. Ze zien gekleurde medelanders vooral in krantenkoppen en op TV. Zo blijven ze veilig verre vreemden van elkaar. Hun grens ligt buiten het dorp en buiten het erf van de boerderij.

Het is schandalig zo hard als negers elkaar discrimineren. Hoe zwarter de neger hoe harder hij gediscrimineerd wordt door de wat lichtere negers die natuurlijk diep van binnen ook allemaal blank zijn.

En dan heb ik het nog niet eens over de Marokkaantjes die Turken discrimineren.
Hemeltergend!
Het woord ‘Turk’ gebruiken Marokkaantjes onderling om aan te geven dat iemand dom is. Dus ook als je geen dikke vette Turk bent.
Marokkaantjes onderling discrimineren elkaar het land uit. Als een Marokkaantje uit de grote stad een medelander ontmoet uit het Rif-gebergte dan voelt hij niet alleen een diepe minachting, hij zegt dit ook daadwerkelijk door de Riffer luidkeels te discrimineren en omlaag te halen.

In Tibet zie je hoe Han(g)-Chinezen de oorspronkelijke bewoners discrimineren door ze als minderwaardige burgers te behandelen en ze alleen het laagst betaalde werk te laten doen.
Bovendien hebben ze ook nog eens het totale land van die minderwaardige Tibetanen bezet om hun superieure Chinese cultuur op te dringen.

De uitvinding van discriminatie ligt in India.
Dit uit zich in het eeuwenoude door steenrijke Brahmanen bedachte kastenstelsel, waarbij het onmogelijk is om verder te komen in je leven dan de kaste waarin je bent geboren.
Dit is nog erger dan discriminatie: het is psychische moord die Indiërs al duizenden jaren in stand houden en dagelijks op elkaar blijven plegen

Veel te witte zuipende Russen voelen een diepe verachting voor Tsjetjenen en corrupte Roemenen voelen dit voor zigeuners.
De discriminatie op de Balkan is sinds onheuglijke tijden onuitroeibaar.

Onsuccesvollen en verliezers trappen en schreeuwen naar ministers, professoren, leidinggevenden en winnaars, aangezien het succes van een ander nu eenmaal onvergeeflijk is en de discriminerende, minderwaardigheidscomplexende onderbuik hoogtij dient te vieren.
Veel rijken en succesvollen vinden armen ‘losers’ die de hele dag maar een beetje op hun nest liggen te stinken en dus meerdere trappen onder hun luie hangkonten verdienen.

Turken in Istanboel en Ankara spugen op de Koerdische Turken op het platteland rondom en in Dyarbakir, en op de Antillen verwelkomen ze Zwarte Piet, terwijl ze zélf zwart zijn, en zo discrimineren ze dus de witte Pieten die ze maar raar vinden.

Jaloerse, lelijke, domme vrouwen zonder vaardigheden discrimineren ambitieuze, knappe, slimme vrouwen die hogerop komen en emanciperen, en die andere vrouwen verachten, en dit alles terwijl homo’s zich verlekkeren op een vleesmarkt waar jong, mooi en afhankelijk een superieure vorm van discriminerend leven is die euri, aandacht en status oplevert.
Gay-pride = Homo-trots = Discriminatie-geilheid.

De Sjiïeten in Iran doen niets anders dan de minderheid van Soennieten discrimineren en hun het leven en de uitoefening van hun godsdienst onmogelijk maken, evenals de Soennieten in Saoudi-Arabië dit doen bij de Sjiïeten in hún land.
De ene partij vindt namelijk dat ze gelijk heeft en de andere dus ongelijk over een passage uit een wereldwijde bestseller uit de woestijn van de 7e eeuw.
En ongelijk hebben dat is natuurlijk wel erg dom en dus minderwaardig.

Oneindig veel moslims vinden hun God en hun geloof oneindig veel belangrijker en beter dan welke andere oneindige God dan ook.
Vandaar de wereldwijde discriminatie door moslims van de God van de christenen en de niet-God van de atheïsten. Hun profeet was tenslotte de laatste en daarom de beste dus geen gezeik met die ouderwetse Jezus! Die was namelijk minder en bovendien, atheïstjes, zeg nou zelluf: géén profeet hebben dat kan natuurlijk al helemaal niet!

Atheïsten koesteren een diepe minachting voor alles wat naar God, godsdienst en verering van het hogere neigt en ze weten absoluut zeker dat alle godsdiensten achterlijk en alle gelovigen primitief zijn. Bovendien vinden ze gebeden en godenverering minderwaardige, middeleeuwse flauwekul.

Al eeuwenlang discrimineren katholieken protestanten en andersom, omdat ze vinden dat de ander fout bezig is en de Absolute Waarheid nog steeds niet snapt. Binnen iedere kerkelijke richting heb je bovendien tientallen afsplitsingen die elkaar de tent en de kerk uit discrimineren over één Bijbelse zin die de andere partij totaal niet snapt en het wordt hoog tijd dat die ander dat wél gaat doen.

Milanezen vinden Sicilianen allemaal domme criminele maffiosi en dus vinden ze discriminatie van Zuid-Italianen volkomen terecht, temeer daar zij in Milaan allemaal rijk en slim zijn, dus hebben ze goede redenen om zich superieur te voelen. En als een Milanees dit zo voelt, dan gedraagt hij zich ook zo. Daarom rijdt hij Fiat. Bovendien zijn Zuiderlingen véél te klein.

Tot slot
is het natuurlijk zo klaar als een waar klontje dat een Delvenaar duidelijk hoger en beter is dan een Delftenaar die slechts in Schipluiden of nóg verder weg is geboren.

Daarom! (want altijd is er hoop)
is het dus maar goed dat er blanke, intelligente, ruimdenkende, heteroseksuele, afgestudeerde, hard werkende, op tijd opstaande, goed opgevoede, okselwassende, lekker ruikende randstedelingen met blauwe ogen, witte tanden, borstharen, blond wapperende haren en lengtes van 1,82 meter zijn die orde op zaken stellen in deze oordelende, racistische, discriminerende, gewelddadige wereld met ongelijke kansen.
Anders zou het maar een puinhoop worden hier, met al die gekke discriminerende, racistische anderen wier ketenen nog steeds muurvast geklonken zijn aan miljoenen boten, katoenplantages, gevangenissen en oneindig veel eeuwenoude, zichzelf herhalende, verroeste en zelfbevestiging zoekende, smekende gedachten.
En dat moeten we niet hebben natuurlijk.

Jatôôg? Niedôan?

Schrijver: Dick Stammes

Waartoe zijn wij hier?

Je bent hier niet
om liefde te vinden.

Je bent hier niet
om gelukkig te zijn.

Je bent hier niet
om aardig gevonden te worden.

Je bent hier niet
om te genieten.

Je bent hier niet
om het leven te vieren.

Je bent hier niet
om altijd kind te blijven.

Je bent hier
om liefde te creëren
uit de oorlog die in jou zit.

Het is alleen op deze planeet
dat je innerlijke kracht gesmeed wordt door pijn
dat wijsheid gevoed wordt door falen
dat vrijheid ontstaat door de botsing met angst
dat vrede gevormd wordt door de uitputting van de haat
dat liefde de beloning is voor hen
die ervoor kiezen om liefde te geven.

Je ziel is op aarde gekomen om te strijden met de bitterheid van het leven
teneinde daaruit het sap te persen van zoete, innerlijke vreugde.
Het licht is het grootst in diegene wiens schaduw het donkerst is.
Het licht is het grootst in diegene die valt en weer opstaat en die valt
en weer opstaat en die …

Alles is goed en alles heeft diepe betekenis.
En het is allemaal jij die dit doet.
Alleen jij.

Terwijl het hele heelal jou helpt.

Schrijver: Dick Stammes

Leven en sterven

De dood zit in het leven
Het leven in de dood

Ieder eeuwig moment sterven wij
Ieder tijdloos moment komen wij tot leven

Wat tijd is voor het denken
is tijdloos voor bewustzijn
Wat afstand is voor het denken
is oneindig voor bewustzijn

De ziel is eeuwig hier
en altijd ergens anders

Onbereikbaar nabij

Waarom zoeken?
Naar datgene wat niet bestaat
wat in alles aanwezig is

Alles IS

Wat jij altijd bént
En noch begin
noch einde kent

Schrijver: Dick Stammes

Beloof me

Beloof me
dat
als je een dochter baart
een buurmeisje helpt 
een leerlinge hebt

Als je een meisje ziet
Echt ziet

Beloof mij dan
dat je haar mooi vindt
lief vindt
aardig vindt

Dat je dit lieve, aardige meisje
mooi vindt

Dat zij mooi is

Beloof me
dat
als je een zoon maakt
een buurjongen helpt 
een leerling hebt

Als je een jongen ziet
Echt ziet

Beloof mij dan
dat je vindt dat hij het goed doet
het moedig doet
geweldig doet

Dat je vindt dat deze moedige, geweldige jongen het goed doet

Dat hij het goed doet

Hierna
alleen hierna
mag je beginnen
met de onvermijdelijke
nutteloze
vrouwelijke poging
mannelijke poging
de ander te veranderen
te emanciperen
te vormen naar jouw beeld

Jouw beeld van
hoe zij zou moeten zijn
hoe hij zou moeten zijn

Ons beeld
dat niet ziet
dat 
hij Hij is
Zij Zij is
Jij Hem bent
Jij Haar bent 
Het Jou is

Dat onze diepste levensangst is

Ons niet is

Schrijver: Dick Stammes

Heksen.

Heksenvervolgingen in Europa kostten aan minimaal 16 duizend mensen het leven,
voornamelijk vrouwen.
Zaterdag 3 juni werden deze herdacht.
Mensen pleiten voor een nationaal monument.
Laten wij dit monument oprichten.

In onszelf.
Niet alleen voor heksen.

In een dorpje in Zuid-Frankrijk doen mensen dagelijks loopmeditatie langs een muur waar in de Tweede Wereldoorlog Franse burgers werden geëxecuteerd. Ik liep daar zelf drie maanden.

Waarom doen mensen dit?
En wat merk je op als je dit doet?

Allereerst merk je niets.
Naarmate je dit vaker doet en meer oefent, verdiept je aandacht zich.
Tot het innerlijk stil wordt.
Volkomen stilstaand stil, terwijl je in volledige aandacht hier loopt.
Dan
klinken in deze diepe stilte de geweerschoten.
Hierin
hoor je het schreeuwen van de mensen
die worden gedood.
En merk je dat het verschil tussen de schreeuwende mensen van toen
en jezelf nu
verdwijnt.

De tijd verdwijnt en alles gebeurt eeuwig Nu.

De stilte omarmt de geweerschoten en het bange gekrijs van de vermoorden.
Van jezelf.
Je ziet dat zowel de schoten als de stilte uiteindelijk,
uiteindelijk,
niet persoonlijk zijn.
Ze zijn universeel, tijdloos, nu.

In deze totale, stille, vredige omzwachteling vallen de schoten
en het gekrijs
stil.

De volgende dag,
tijdens de aandachtige loopmeditatie,
langs de muur,
zijn de schoten er weer.
En de doodsangst.
En het geschreeuw.
En onze aandacht.
En de stilte.

Heling duurt een leven lang, levens lang, eeuwig. Het duurt net even lang als het geweld.
Dat nooit stopt.

De schreeuwende mensen van alle oorlogen,
de slaven op de helse boten,
de gepijnigde blues-zangers op de verzengende katoenplantages,
de gemartelden in alle gevangenissen,
de gebombardeerden van Hiroshima, Rotterdam, Bagdad, overal,
de daklozen,
de vluchtelingen,
de gepeste leerlingen op alle scholen ter wereld,
de bedreigden,
de uitgescholdenen,
de verstotenen,
de niet erkenden,
de dieren,
de bomen,

wij allen schreeuwen vandaag de universele pijn die ieders pijn is.

Door hen te helen, helen wij onszelf.
Door ons te helen, helen wij anderen.
En de wereld.

Heling kunnen wij niet doen.
Helen is geen actie.
Helen in geen protest.
Heling is het toelaten van de innerlijke stilte die wij zijn.

Wij kunnen niet anders dan worden wie wij zijn.

Wees nu vrede.
Wees jij.
Bouw dit monument van stilte in jou.
Leef het.

Ook al wenkt het geweld ons met zijn krijsende verleiding.
En zijn wanhopig schreeuwende leugen.

Schrijver: Dick Stammes

In Delft, de wereld.

In Delft, de wereld,
schijnt de zon overal
en vliegen vogels waar ze willen.

Waarom vliegen wij?
Waarom doet het heelal zoveel moeite?
Waarom spant de mens zich in?

Wij vliegen niet in het licht
om ergens naartoe te gaan
of iets te bereiken.

Wij vliegen uit vreugde
waarin het vliegen zelf
het genot
het plezier
het leven
is.

Er is geen betekenis.
Zoek er niet naar.
Het vliegen zelf is de totale vervulling.

Is het leven.

In deze vervulling
in dit leven
zijn geen vragen
geen verlangens naar een toekomst

Wij zijn geluk

Verdriet en pijn
kunnen dit geluk niet raken.
Alles zweeft
om het onaanraakbare midden
het meest intieme
meest nabije
dat jij bent

Dus vlieg, mijn geliefde,
vlieg, Vlieg, VLIEG!

Terwijl er pijn is.

Schrijver: Dick Stammes

MOEDERDAG 2023.

Mijn moeder verongelukte in 2002.
Zij reed op de fiets en een auto reed haar aan.
Dood.
Ze werd 71 jaar en ze was kerngezond tot haar laatste dag
Ze was de liefste moeder van het heelal.
Wij hielden heel veel van elkaar.
Zij heeft alles voor mijn broer, zusjes en vader gedaan en alles van zichzelf gegeven.
En van ons ontvangen.
Wij waren haar grootste liefdes en zij de onze.
We hebben heel veel gelachen, gehuild, pijn gehad, we zijn bang geweest, boos geweest.
En we hebben enorm genoten van het volle leven met alles durrop en durran.

Ik mis mijn moeder niet.
Nooit.
Al 21 jaar niet.

Bedankt hiervoor, liefste Ma van de hele wereld. ❤️

Schrijver: Dick Stammes

Ontmoeting: Wraak!

Ik ren naar mijn slaapkamertje, sluit de deur, kruip onder de dekens, en denk hard:
‘Ze moeten op hun knieën bij me aankomen en smeken om vergeving en goed beseffen wat zij mij allemaal hebben aangedaan. Anders hoef ik ze nóóóit meer te zien!’
Dit soort gedachten had ik wel eens in mijn kindertijd als ik me even niet begrepen voelde.
Het meest rampzalige moment kwam altijd een paar minuutjes daarna, als mijn absolute wraaklust zomaar ineens ineenstortte en overging in vermoeidheid en verveling.
‘Shit, alwéér!’, dacht ik, ‘waarom toch?’
Als dan de geur van de gebakken boterkoek van mijn moeder het slaapkamertje binnenzwierde, verliet ik naarstig mijn veilige onderdekense haven op weg naar de welriekende boterkoekkeuken. Grote nederlaag!
De jihadist die ik destijds was had het niet makkelijk met zijn eigen gedachten.
Later, na beledigingen van Q of X, probeerde ik mijn kwetsingen ook wel eens te bezweren met een zin die ik eens van een minister had gehoord:
‘Ik heb mijn realiteit gelegd naast die van de heer Q, een persoon die ik zeer hoog aansla, maar ik herken me niet in het door hem geschetste beeld. Ik laat zijn insinuaties even aan zijn kant.’
Deze sluw bedachte houding was echter minstens zo vermoeiend als de
zelf-opsluit-scène in de slaapkamer.
Dan komt de dag dat ik op de Gazastrook een Israëlische moeder spreek.
De hoofden van haar twee vermoorde zonen zijn met keien in elkaar geslagen.
Ze zegt me:
’Na de moorden op mijn kinderen besloot ik voor liefde te kiezen en niet voor haat, omdat ik wilde dat de oorlog eindelijk zou stoppen. En omdat ik wist dat de vrede alleen in mijn eigen gedachten kon beginnen. Niet daarbuiten.’
Dit was het antwoord waar ik sinds mijn kindertijd naar op zoek was geweest.
En ik schaamde mij diep.

Schrijver: Dick Stammes

 

Poëzie: Een lentedag in Delft.

Vandaag zit het lijf roerloos
op de bagagedrager
achterop de stilstaande fiets
over het zadel
het hoofd stil van binnen
de rechtervoet op en neer

En ik kijk

Voor het café en naast het terras
spelen zes mannen
van zestig jaar zestiger jaren muziek
een broodje haring vult de mond
samen met een glas rosé

En ik luister

Rode zigeunerjurken zwieren zalig voorbij
en knipogen
naar het broodje haring met uitjes
naar de bagagedrager
naar het glas rosé
naar het lichaam over het zadel

En ik voel

De zon groet de wereld
de huid wordt bruin
problemen bestaan niet
hebben nooit bestaan
zullen nooit bestaan
Iedereen is gelukkig

En ik weet
Ik wéét!

Want vandaag
Vandáág!

Begrijpen wij alles

Álles!

Schrijver: Dick Stammes

Ontmoeting: De propere vriendin

Een propere vriendin komt op bezoek.
Dus spic en span ik van tevoren mijn woning glimmend en glanzend.
Voldaan van mezelf ontvang ik haar zorgeloos.
Die avond redeneert ze in ons diepe gesprek:
‘Ieder kind moet leren om goed voor zichzelf te zorgen, zodat het later zelfstandig kan functioneren.’
Ik knik instemmend.
Dan kijkt ze om zich heen en zegt:
‘Zo zou jij bijvoorbeeld je woning ook wel eens schoon kunnen maken.’

Schrijver: Dick Stammes

 Ontmoeting: Bij de fietsenmaker

De fietsenmaker heeft de band geplakt.
Dus haal ik mijn fiets op. 
De volgende dag is de band halfleeg.
Ik pomp hem op.
De dag erna is de band een beetje leeg.
Ik pomp hem weer op.
De dag daarna blijft de band hard.
En ook de volgende dagen.
Ik vraag de fietsenmaker: ‘Hoe kan zoiets?’
Hij: ‘Sommige banden moeten even wennen aan het plakken.’
Een toekijkende vrouw zegt: ‘Ja, ja, ze moeten zeker eerst een band opbouwen?’

Schrijver: Dick Stammes

Ontmoeting: De Rotterdamse stadsgids

Rotterdam

De gids wijst naar een wijk iets verderop en zegt: ‘Kijk, daar ligt Katendrecht. Rotterdammers noemen dit de Kaap. De wijk is helemaal opgeknapt.’
Mijn geheugen begint zich te roeren.
Ik zeg: ‘ Katendrecht. Was dat voorheen niet de hoerenbuurt?’
De gids schrikt en slaat een hand voor zijn mond.
‘Meneer! Dat zeggen we hier niet!
Dit heet hier: de horizontale dienstverlening.’
Gerustgesteld lopen we door over de Rijnhavenbrug richting Katendrecht
en hij zegt terloops:
‘Oh ja, deze brug heet de hoerenloper.’
Hij knipoogt.
En even zitten we weer op één lijn.
De Rotterdammer en de Delftenaar.

Den Haag

De volgende dag loop ik door den Haag waar een stadsgids mij wijst op een etalage.
Hier staat een karaf waar je Haags kraanwater in kunt doen.
De karaf heet: Eau Eau Den Haag.

Ut bestâet eg!

Schrijver: Dick Stammes

Ontmoeting: In de lift
Een oude vrouw met een opvallend levendig gelaat stapt in.
Aan haar gerimpelde hand een lege open tas op wieltjes. 
Ik: ‘Zo, tijd voor de boodschappen?’
Zij ‘Ja. Ik heb er weer zó’n zin in!’
Ik: ‘Oh ja? Zin in boodschappen doen, dat hoor je niet vaak.’
Zij: ‘Het is het leukste wat er is. Bijvoorbeeld zo’n potje pakken, of fruit afwegen, of afrekenen. Héérlijk!’
Ik: ‘Dus u houdt van betalen?’
Zij: ‘Ja, ik geniet daarvan. Ik besef dan altijd weer dat ik het kán betalen. 
Er zijn tijden geweest dat ik niets kon betalen. Helemaal niets. Jarenlang. 
En iedere keer als ik bij de kassa sta en ik reken af, word ik zó blij.’
Ze straalt. 
Dan stappen we uit en slaat zij af, richting supermarkt.
Ik kijk haar na.
Haar tred is niet oud, niet jong, niet stram, niet soepel.
Ze is tijdloos. 
En onvernietigbaar.

 Schrijver: Dick Stammes

Ontmoeting: De wandelaar

Hij:
Dag meneer, is dit de Kromme Steeg?
Ik:
Nee, dit is de Kromstraat.
Hij:
Is hier vlakbij het standbeeld van Hugo Claus?
Ik:
U bedoelt het standbeeld van Hugo de Groot?
Ja, dat is hier in de buurt.
Hij:
Dan moet ik aan het eind van deze steeg zeker rechtsaf?
Ik:
Nee, u moet aan het eind van deze straat linksaf.
Hij:
Ah, dank u.

Aan het eind van de straat draait hij zich nog even om, steekt blij zijn duim omhoog naar me.
En slaat rechtsaf.

Afijn.
Mijn goede daad voor vandaag zit er weer op.

Schrijver: Dick Stammes

Een Moment

Ik nageniet bij Moeke van mijn 3-eiïge uitsmijter vergezeld van gezond geperste jus d’orange. Hierna kauw ik knarsetandend het krantenwereldnieuws weg bij kopje koffie en koek.
Een moeder met zoontje van 9 jaar in trainingspak wandelen voor mij langs naar een tafeltje verder.
Al die tijd koestert het jongetje de voetbal die hij onder zijn arm geklemd houdt.
Het is ZIJN bal.
Ze gaan zitten en de jongen aait de bal langzaam in het rond over zijn schoot. De wereld om hem heen bestaat niet. De bal absorbeert ongeremd zijn volledige aandacht. Hij pakt teder de bal en streelt hem. Zijn gezicht en de bal naderen elkaar en zijn ogen bekijken de bal van alle kanten.
Dan kust hij voorzichtig en zachtjes de glimmend rood-witte bal.
Moeder kijkt op vanachter haar mobiel en zegt met ietwat luide stem :
‘Nou, doe die bal nou eens weg, we gaan wat lekkers bestellen.’
Oneindig nutteloze beschermingsdrang maakt zich van mij meester. Ik wend me naar de voetballer en vraag hem:
‘Heb je een nieuwe bal?’
Terwijl hij de bal zachtjes blijft aaien, kijkt hij terug en antwoordt dromerig fluisterend: ‘Jaaa…’
Hij doet de bal in de plastic zak op de grond en ik duik in mijn krant. Mijn opkomende eeuwenoude traan ziet hij gelukkig net niet.
Even later hoor ik moeder zeggen:
‘Ik moet vanmiddag de gordijnen nog wassen en we moeten niet vergeten krakelings mee te nemen voor Sophie.’
Zijn blik glijdt van de geopende plastic zak op de grond naar de overkant van de tafel en hij zegt met verontwaardigde stem:
‘Mbappé scoorde drie keer en twee keer werd hij afgekeurd voor buitenspel, terwijl dat helemaal niet zo was!’
Na het eten staan ze op.
Ze gaan krakelings kopen voor Sophie en ook moeten de gordijnen nog gewassen worden.

Schrijver: Dick Stammes

Door de site te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

Deze site is standaard ingesteld op 'cookies toestaan", om je de beste mogelijke blader ervaring te geven. Als je deze site blijft gebruiken zonder je cookie instellingen te wijzigen, of als je klikt op "Accepteren" hieronder, dan geef je toestemming voor het gebruik van Cookies.

Sluiten